Kerndoel 54

De leerlingen leren beelden, muziek, taal spel en beweging gebruiken om er gevoelens en ervaringen mee uit te drukken en om er mee te communiceren.
djembe 7
Bij het onderdeel muziek van dit kerndoel gaat het er vooral om dat kinderen zich kunnen ontwikkelen, door ze bewust om te laten gaan met de gevoelens die liederen, muziekstukjes en verschillende luisterfragmenten bij hen oproepen.
Het kan met muziek die zij zelf maken (zingend of spelend) en ook met muziek die ze beluisteren.
Kinderen ervaren steeds weer dat muziek iets met hen doet, maar ook dat zij het zelf kunnen aanwenden: zingen, spelen, improviseren, componeren, luisteren.

In het leren over communicatie speelt muziek een belangrijke rol. Zo is het vocale aspect van communicatie erg belangrijk: praat je hoog, laag, hard of zacht, gevarieerd, snel, langzaam.
De fijne beheersing van de mogelijkheden van hun stem komt juist bij het zingen veel aan de orde.

 Zingen biedt ook (een vaak onderschatte) kans op het leren en trainen van de taal. Oefening, uitspraak, begripsvorming en consolidatie van de woordenschat zijn voortdurend aan de orde. Daarmee is zingen zeker van belang voor kinderen die moeite hebben met taal.

Kerndoel 55

De leerlingen leren op eigen werk en dat van anderen te reflecteren.

Kinderen leren bijvoorbeeld reflecteren op een beeldend werkstuk, spel, verhaal, gedicht, muziekfragment, klankspel, lied of dans. Daarbij kan het gaan om werk van kinderen als ook om werk van professionele kunstenaars (beeldend kunstenaars, componisten, musici, dansers, choreografen, acteurs, regisseurs, schrijvers en dichters).

Reflectiemomenten komen voor tijdens verschillende lesfasen:
Oriëntatie:
Door een boeiende start en samen naar verschillende mogelijkheden te kijken en/of te luisteren en deze te bespreken krijgen de kinderen een genuanceerd beeld van het komende werkproces.
Uitvoering:
In de vorm van feedback en door vragen te stellen – ‘Wat wil je in je werk laten zien of horen? Hoe zou je dat kunnen doen? Of hoe heb je dat gedaan?’- worden kinderen gestimuleerd om na te denken over hun eigen werk.
Nabeschouwing:
De kinderen presenteren hun werk aan elkaar. Tijdens de nabespreking bespreekt de leerkracht met de kinderen de aandachtspunten van de opdracht. Welke problemen zaten er aan de opdracht en welke verschillende oplossingen hebben de kinderen hiervoor bedacht. De kinderen bekijken en bespreken elkaars oplossingen en hebben aandacht voor de achterliggende motieven om iets op een bepaalde manier vorm te geven. Hierdoor krijgen de kinderen nieuwe ideeën en inzichten aangereikt, die ze kunnen inzetten in volgende lessen en activiteiten. Ook wordt er gekeken en/of geluisterd naar het werk van kunstenaars en is er aandacht voor hoe zij bepaalde problemen hebben opgelost.

Kerndoel 56

De leerlingen verwerven enige kennis over en krijgen waardering voor aspecten van cultureel erfgoed.

Onder cultureel erfgoed kan worden verstaan: dingen uit het verleden die we de moeite waard vinden om te bewaren. Met betrekking tot muziek denken de meeste mensen en kinderen dan wellicht aan klassieke muziek. Maar eigenlijk is Rock ’n Roll uit de jaren 1950/1960 inmiddels natuurlijk ook cultureel erfgoed.
Op kleinschaliger niveau is de streektaal ook erg belangrijk en wordt muziek veelvuldig gebruikt om streektaal vast te leggen en te verspreiden.

KERNDOELEN: Onderwerpen en thema’s binnen de groepen
Groep 1, 2
Muzikale verkenning van onderwerpen uit de directe omgeving van de kleuters.
Bijvoorbeeld: de omgeving (in de klas, in het huis), knuffels, beren, optocht, muziek in de straat, het weer, kabouters en reuzen, sprookjes, feesten, het verkeer, Sinterklaas en Kerst, dieren, seizoenen. 
Deze onderwerpen worden zingend, spelend, bewegend en luisterend verkend.
Lees meer…

Groep 3, 4
Muzikale verkenning van onderwerpen uit de ruimere omgeving van de kinderen. 
Onderwerpen uit groep 1 en 2 komen soms weer aan de orde op een hoger niveau. 
Nieuwe onderwerpen zijn bijvoorbeeld: onze wijk of in het dorp, de fanfare, heksen en tovenaars, fantasie, dieren, op reis met de trein, avonturen, drummen. 
Al zingend, spelend, bewegend, noterend en luisterend worden deze verkend.
Lees meer…

Groep 5, 6
Muzikale verkenning van onderwerpen uit de veranderende belangstellingswereld van de kinderen.
 Onderwerpen uit de vorige groepen komen weer aan de orde, maar de kinderen ervaren veel nieuwe elementen waar muziek een specifieke rol vervult: muziek uit verre landen, feesten, kleding, cowboys, kermis, ridders en jonkvrouwen, varen, insecten, ruzie, markt. 
Deze onderwerpen worden zingend, spelend, bewegend, noterend en luisterend verkend.
Lees meer…

Groep 7, 8
Muziek is alom tegenwoordig en via media overal beschikbaar. Muziek op school sluit daarbij aan, maar geeft ook verdieping in de muzikale beleving van de kinderen.
 Onderwerpen uit de lagere groepen komen vaak weer aan de orde, maar ook nieuwe thema’s als ringtones, filmmuziek, carnaval, de eindmusical, rap en liefde, oorlog en vrede, morgen en avond, verdriet, muziek op de computer, natuur en milieu. 
Deze onderwerpen worden zingend, spelend, bewegend, noterend en luisterend verkend.
Lees meer…

Bron: www.slo.nl